Kermis Well 1967 in de Grotestraat met helemaal links Michel
Kermis Well 1967 in de Grotestraat met helemaal links Michel Foto: Eigen


Ansichtkaart

Op de derde verdieping, met een prachtig uitzicht over Well, ontvangt Michel mij hartelijk. Benieuwd naar het archiefwerk dat hij doet en zijn eigen verhaal, neem ik plaats. Al snel merk ik dat ons gesprek vrijelijk alle kanten op stroomt.


Hoewel altijd al geïnteres-seerd in geschiedenis, lag Michels toewijding, ook beroepsmatig, op een ander vlak. Muziek was (en is) zijn alles. Al op jonge leeftijd verliet hij de veilige Wellse haven voor een leven in de stad, studerend aan het conservatorium. Hier kreeg hij de kans om paukenist/ slagwerker te worden in het prestigieuze Hilversumse Radio Symfonie Orkest. Mooie, uitdagende jaren volgden. Met zijn toenmalige partner woonde Michel kortstondig in Arnhem, Breukelen en daarna vierendertig jaar in Baarn. Een prachtige plek, omgeven door stad, heuvels én groen. Maar het toeval wilde anders.


In 1998 ontdekte Michel dat hij steeds een stukje gehoor inlevert. Door de ziekte van Ménière worden sommige geluiden extreem hard geregistreerd en vallen andere, essentiële geluiden juist grotendeels weg. Ménière is geen ‘standaard’ gehooraandoening, waardoor een gehoorapparaat niet altijd een oplossing is. Hoewel Michel zich schikte in de situatie, betekende dit destijds dat hij niet langer beroepsmuzikant kon blijven. Door een bezuiniging bij de Publieke Omroep werden orkesten samengevoegd en kon hij gelukkig met een mooie regeling stoppen. Het was tevens in die periode dat hij opnieuw in contact kwam met een vervlogen Wellse kalverliefde: Claar Koppers.


“We zullen elkaars bus wel gemist hebben”, grapt Claar nog regelmatig over hun jeugd, waarin ze door verschillende middelbare scholen ieder hun eigen weg gingen. Maar dankzij een ‘sleutelfiguur’ werden zij rond 2010 weer op elkaars pad gebracht. Michel werd door Claars broer Hubèr gevraagd om hun familiestamboom na te trekken. En zo geschiedde. Claar en Michel wonen inmiddels alweer twaalf jaar samen. 


Terugkeren naar hun geboortedorp was voor beiden niet echt voorzien. Hoewel positief ingesteld, voelt het voor Michel soms dubbel. “Wanneer ik nu door de Grotestraat loop, lijkt het stil, als als op een ansichtkaart. Dan denk ik aan mijn tijd in Baarn, mis ik de reuring van Het Gooi en ook wel de directheid van de mensen daar. Tegelijkertijd hebben de omstandigheden mij hier teruggebracht, waardoor ik denk dat ik hier iets uit te zoeken heb. Of is het meer ‘terugvinden’?"

"Het verleden, zeker alles rondom het Wellse kasteel, laat mij in elk geval niet meer los. In de Bosserheide ligt nog een stuk originele zandweg waar destijds de koets van Willem II overheen reed, op weg naar kasteelheer Baron de Liedel. Zulke dingen, net als de stromingen van ons dialect bijvoorbeeld, fascineren mij enorm. Daarvoor reis ik graag af naar het Rijksarchief in Maastricht."


"Of ik hier voorgoed blijf, weet ik niet. Maar ik ben hier behoorlijk gelukkig. Het zaadje, ooit hier geplant, móest elders uitbloeien. Als ik niet was weggegaan, had ik de antwoorden die ik zocht - in mijzelf, maar ook in onze lokale geschiedenis - nooit gevonden."


"Eén ding is echter kraakhelder. Als ik ooit mijn gehoor terug zou krijgen en weer muziek zou kunnen maken, laat ik daarvoor alles uit mijn handen vallen.”

Kermis Well 1967 in de Grotestraat met helemaal links Michel