John deelt graag zijn aanstekelijke liefde voor alles wat groeit en bloeit
John deelt graag zijn aanstekelijke liefde voor alles wat groeit en bloeit Foto: Lise Donné

“M’n tuin in!”

Algemeen Column Ingezonden

“Potverdomme, m’n tuin uit!” Ik hoor het ‘De Tuinman’ van mijn geboortedorp nog roepen. Nieuwsgierige aagjes waren we, klauterend in zijn fruitbomen, speurend naar rare beestjes en planten. De beste man had volkomen gelijk; ongewenst bezoek bliefde hij niet. Maar eigenlijk waren tuinen één groot avontuur voor ons. Wildlife was overal. Tegenwoordig lijkt het avontuur in andere dingen te zitten. Maar wanneer ik in gesprek ben met de bevlogen John Toonen en zijn vriendin Miriam, komt het kind in mij weer boven.

De liefde voor deze omgeving en de verwondering voor alles wat leeft, is de gemene deler tussen John en Miriam. De twee leerden elkaar kennen tijdens de natuurgidsen-cursus van de Nederlandse natuureducatie vereniging IVN. Samen wonen zij in Afferden. Met het team van IVN zetten ze laagdrempelige activiteiten-programma’s op om onze natuur weer van dichtbij te kunnen ervaren. En dat is zeer welkom. De ontwrichte band tussen mensen natuur begint zich langzaam te herstellen. De lockdown is hierin een katalysator geweest. Sommigen hebben het buitenleven na corona weer wat losgelaten; voor anderen is het een blijvende liefhebberij gebleven.

Hoe het ook zij; ook voor deze doorgewinterde natuurgidsen is elke wandeling weer een verrassing. “Vaak komen we ogen tekort. De Grauwe Klauwier, zeer zeldzaam hier, liet zich laatst ineens zien. Ook Blauwborsten en Kleine Karekieten hebben hun weg weer gevonden sinds oude stukken akkerbouw, zoals bij Heukelomse Beekdal, weer teruggegeven zijn aan de natuur. We beseffen het niet altijd, maar we leven hier écht op het rijkste stukje Nederland. Ik hoef hier nooit meer weg. En zelfs wandelaars die de plekken op hun duimpje kennen, zeggen regelmatig: nooit geweten dat er zoveel leven zat.”

John, Gennepenaar van origine, kon je uittekenen met zijn schepnetje aan de oever van de Niers, op zoek naar onderwaterleven. Als lid van reptielenvereniging Ravon monitort hij ook nu nog reptielen en amfibieën in de streek. “Limburg hangt er op veel vlakken maar wat bij, maar wij hebben wél als enige provincie alle Nederlandse amfibieën. Een kamsalamander nota bene. Ik vond er onlangs een, op een uitzonderlijke plek. En godzijdank worden het er weer steeds meer.”

Ook bij Miriam thuis waren ogen en oren al vroeg geopend voor alles wat leeft. “De verdwijning van het Maasheggenlandschap was een doorn in het oog voor mijn opa. Moeder móest gewoon een moestuintje hebben, waar de natuur weer vrij spel had. Als kind hoorde ik al LP-platen met vogelgeluiden en inmiddels weet ik vele soorten te herkennen. Vogels laten zien wat vrijheid betekent. Het raakt me nog altijd.” De mens kan niet zonder de natuur. Maar kan de natuur zonder ons? Daar lijkt het wel op, maar dat zijn we aan het ombuigen.”

De tuin van John en Miriam barst van het leven. Een schutting van takken vol nisjes om in te zitten. De kletterende vijver, het zwaluwnest en John’s trots, het insectenhotel. Mét zichtbaar effect, alsof de natuur een huppelsprong maakt. Blij dat het weer de ruimte krijgt die het verdient. Met wat kleine aanpassingen kan iedere tuin, van postzegel tot weideveld, bijdragen om dat wild weer dicht(er)bij te halen. En dat hoeft absoluut niet ingewikkeld te zijn. 

Bij het weggaan hoor ik het wijlen Tuinman opnieuw zeggen, maar nu met trots: “Potverdomme, m’n tuin in!”

Tuininspiratie nodig? Van 1 t/m 11 juni ontdek je er alles over, tijdens Festival De Geheime Tuin. Meer info: www.ivn.nl

Lise Donné